Klankschalen zijn afkomstig uit de Tibetaans boeddhistische gebieden in de verschillende staten in de Himalaya. Ze worden gebruikt als eetkommen, offerschalen, slaginstrumenten, relaxatie ondersteunende geluidsbronnen en als instrumenten bij het snoezelen. Elke klankschaal heeft een eigen karakter, toonzetting en klankkleur.
Klankschalen hebben veel benamingen, onder andere: boeddhistische schalen, geneeskommen, geneesschalen, harmonisatieschalen, heelkommen, heelklankschalen, Himalaya-klankschalen, offerschalen, rituele klankschalen, Tibetaanse klankschalen en zingende kommen.
Een klankschaal brengt geluid voort door het onder andere aan te slaan met een slagstok. Een subtielere methode is de stok langzaam om de rand te laten cirkelen waardoor er een stick-slip effect ontstaat. Klankschalen kennen veel boventoonresonanties met specifieke zwevingen. De werking wordt toegeschreven aan resonantie. Door de klankschaal op een andere manier vast te houden, worden andere resonantiefrequenties dominant en verandert de klank. In dit geval rust de schaal dan op drie vingers aan de onderzijde.